Ga naar de inhoud

Programmeren als tool voor taal

“Programmeren als tool voor taal”

[col span=”1/1″]
[testimonial image=”https://futurenl.org/wp-content/uploads/2016/09/0154_AY9I5077-e1493203829339.jpg” name=”Felienne Hermans” company=”Expert leerlijn & lesmateriaal (TU DELFT)”]
[/testimonial]
[/col]

“Programmeren is moeilijk. Daar heb ik helemaal geen tijd voor.”

Dat zijn de reacties die we vaak horen van leerkrachten als we praten over programmeerlessen. Natuurlijk vinden leerkrachten het belangrijk dat hun leerlingen met digitale vaardigheden aan de gang gaan, maar hoe dat dan moet? En maak je er tijd voor naast alle leerdoelen die er al zijn? Tsja, dat is lastig.

Ik heb een hoop lessen gegeven de afgelopen jaren en ik geloof dat er een oplossing is voor beide problemen: vakintegratie!

Wat nu als we tijdens de taallessen ook gaan programmeren? Een gek idee, maar eigenlijk ook heel logisch. Programmeren is geen doel op zich, vind ik. Het gaat er niet om dat kinderen kunnen programmeren, het gaat erom dat ze programmeren kunnen gebruiken als het nodig is. In die zin is het net als leren schrijven. Waarom vinden we dat belangrijk? Niet om het schrijven op zich, toch? We vinden dat belangrijk omdat kinderen dan boeken kunnen schrijven en brieven en bezwaarstukken en gedichten en rapporten en ga zo maar door. Schrijfonderwijs (en vooral stelonderwijs) leent zich daarom goed voor vakintegratie: bijvoorbeeld een verslag schrijven over een geschiedenis als verdieping.

Uit onderzoek blijkt dat vooral het integreren van taal- en betavakken goed werkt (1). Kinderen die bijvoorbeeld taal en wetenschap-en-technieklessen samen kregen (ze moesten dan bijvoorbeeld een verslag schrijven over de inhoud van een les) deden het beter dan leerlingen die de lessen apart kregen. Wat ook heel mooi was is dat de leerlingen van de geïntegreerde aanpak zichzelf meer als wetenschappers omschreven!

Zou het niet mooi zijn als we dit met programmeren ook kunnen bereiken? Programmeren en taal samen gedoceerd. Dat klinkt als twee vliegen in 1 een klap! Daarom ben ik ook zo blij dat ik samen met FutureNL 20 taal-programmeerlessen ga ontwikkelen. Een voorproefje kun je al op onze site vinden. In deze eerste les oefenen leerlingen met voorzetsels door een Scratchkatje te laten bewegen. Ook wordt hun creativiteit gestimuleerd door zelf gekke plekken te verzinnen waar de kat naartoe kan gaan.

Dat stimuleren van creativiteit zul je in veel van onze nieuwe lessen gaan zien. Zo hebben we een Donald Duck-les waarin kinderen een strip uit de Donald Duck nabouwen met Scratch natuurlijk. Daarmee gaan ze dan reflecteren op de tekstsoort. Is een verhaal bijvoorbeeld spannend of grappig? Een verhaal hoeft niet altijd op papier geschreven te worden om het te bestuderen.

We zullen kinderen ook kennis laten maken met het ondersteunen van creativiteit met de computer! Probeer dit Scratchprogramma maar eens. Iedere keer dat je op de groene vlag klikt, krijg je een nieuwe gekke zin. Perfect om jouw eigen verhaal mee te beginnen. In deze les oefenen we dan ook weer met grammatica. Leerlingen moeten in de zinnen de persoonsvorm en het onderwerp herkennen.

Zo zie je al: programmeren is een tool. Voor taal, maar ook andere creatieve werkvormen zoals handenarbeid, dans en muziek lenen zich voor programmeeronderwijs. Laatst was ik op de finale van de RoboCup Junior, een programmeerwedstrijd voor kinderen vanaf 10. Leerlingen maken daar een robot die een performance doet.

Hier kun je een filmpje van een aantal teams zien op het WK. Is dat niet cool? Echt iets heel anders dan wat de meeste mensen denken als ze ‘programmeren’ horen. En daar gaan we dus voor 🙂

1. Hier kun je er meer over lezen over het onderzoek waaruit blijkt dat vooral het integreren van taal- en betavakken goed werkt.